Henri Germain
Uw zoekopdracht heeft helaas niets opgeleverd. Bel onze winkel 020 662 245 5, dan zoeken wij uw wijn....

Henri Germain

Henri Germain, éminence grise van Meursault (aldus Gert Crum) doet vijftien jaar kennis en ervaring op bij het ouderlijk domein in Chorey-les-Beaune en drie jaar als chef de culture (in de wijngaard) bij een groot bedrijf in de Côte de Nuits (Clair Daü). Dan sticht hij in 1973 met de aankoop van bijna 1 ha wijngrond in Meursault zijn eigen domein. Middels het pachten van kleine perceeltjes (ook in Chassagne-Montrachet en Beaune) wordt het wijngoed uitgebreid tot 5 ha.
Het bestaat bijna geheel uit zeer oude wijngaarden. De Meursault Limozin werd al in 1938 aangeplant, de aligoté-wijngaard in 1930 en de rode Chassagne in 1954. Omdat het merendeel wordt gepacht (métayage), dient helaas de helft van de oogst van deze wijngaarden aan de eigenaar te worden afgestaan. De uiteindelijk overblijvende productie bedraagt daardoor slechts 12000 tot 15000 flessen. Daar moet de wereld het mee doen… De oudste zoon, Jean-François (1969), opgegroeid tussen de vaten en druiven, werkt sinds 1988 op het domein. Vanaf 1992 heet het domein officieel ‘Henri Germain & Fils’. 
In 2002 komt eindelijk de zo gewenste (en bijna onbetaalbare) uitbreiding, wanneer zij enkele 50+ (leeftijd) perceeltjes Meursault Perrières, Chevalières, Meursault Rouge (nabij Volnay) en Bourgogne Rouge in pacht krijgen.
Germain kent elke stok van de geploegde perceeltjes als zijn broekzak. Alles begint voor de Germains in de wijngaard. De kwaliteit van de wijn hangt nauw samen met de kwaliteit van de wijngaard en het onderhoud ervan: een verstandige manier van snoeien, het zorgvuldig verwijderen van overtollige knoppen, een doordachte bestrijding van ziektes en ongedierte, het bewerken van de grond en het ordelijk en verzorgd opbinden van de ranken; een zeer belangrijk karwei. Kunstmest is al sinds jaar en dag taboe. Hierdoor behouden de chardonnay- en pinot noir-druiven hun natuurlijke zuurgraad. Waar de meeste boeren op een gegeven moment moeten gaan plukken omdat de zuurgraad (=ruggengraat!) te veel dreigt te dalen terwijl de druiven nog helemaal niet rijp zijn (het suikergehalte te laag, de tannines nog groen), kunnen de Germains nog rustig enkele dagen, soms wel een week wachten totdat de druiven wél echt rijp zijn. Resultaat: bourgognes puur natuur, niet gechaptaliseerd, niet aangezuurd. Zeldzaam in de Bourgogne… Wijnen die in de kelder geen technische fratsen of nieuw hout behoeven. Heel verteerbare bourgognes, waar je zo een fles van drinkt…
De wijn worden puur traditioneel gemaakt. De rode wijnen van ontsteelde druiven gisten minstens 12 dagen in open houten cuves, de witte in roestvrij staal en op eikenhouten vaten. De wijnen worden - op de aligoté na - in houten vaten (10 à 15% nieuw) van 228 liter opgevoed in de zeer koele, ondergrondse kelder. De temperatuur is er vrijwel het hele jaar constant. Zo rijpen de wijnen langzaam op hun lie, hetgeen de wijnen alsmaar meer rijkdom verschaft. De tweede gisting vindt meestal pas de volgende zomer plaats. Ook dit komt de uiteindelijke houdbaarheid ten goede. Pas na 23 (!) maanden worden ze met de hand op het domein gebotteld. Bijna altijd ongefilterd, ook de witte wijnen. Het zijn bewaarwijnen van ouderwets formaat. Geduld is hier een schone zaak en levert een paar jaar later vorstelijk vermaak.