Coulaine

Etienne de Bonnaventure verkiest na zijn studie oenologie het werken in de buitenlucht. Hij gaat geiten hoeden om kleinschalig biologische kaas te produceren. Maar dit leven blijkt zelfs voor de bedaarde, filosofische Etienne iets té rustig. In 1988 neemt hij de wijngaarden van Château de Coulaine over, dat al sinds de 14e eeuw aan de familie toebehoort.
Samen met echtgenote Pascale wordt besloten zo natuurlijk mogelijk te werken op zoek naar harmonie tussen traditie, terroir en wijnvakmanschap. In 1995 gaan ze over op volledig biologische wijnbouw. Vanaf de oogst 1999 staat dit ook op het etiket vermeld. Van de inmiddels 11,5 ha maken ze naast een originele rosé en een beetje witte chinon een aantal onderling verschillende rode wijnen. De voornaamste is de luchtige Château de Coulaine, gemaakt van jonge stokken afkomstig van een lichte bodem, een chinon ten voeten uit. De overeenkomst tussen de verschillende rode wijnen van Coulaine is dat ze alle ongefilterd zijn, het gebruik van zwavel extreem laag is en de drinkbaarheidsfactor superhoog is.